Dag 10 (19 juli 2015): Whistler, Horseshoe Bay & vliegen in een watervliegtuig!

‘s ochtends vroeg op gestaan en terwijl Saar nog ligt te slapen rijden we richting de Ferry om Vancouver Island te verlaten. Bij de Ferry ontwaakt onze prinses en op het dek van het  schip spleen we reisstratego in het zonnetje. En we verliezen allebei van Cas… We varen ruim anderhalf uur en rijden vervolgens op de Sea to Sky Highway.  Een prachtige weg langs meren en bos en besneeuwde bergtoppen. We maken een stop bij Shannon Falls Provincial Park. We wandelen naar een mooi uitkijkplekje waar we genieten van de op 3 na hoogste waterval van BC. Hierna rijden we door naar Whistler. Een prachtig Alpine stadje waar ik blijkbaar als tienjarige geskied heb met mijn zussen en ouders, maar dat wist ik zelf niet eens meer. We genieten van een heerlijke lunch, maar kiezen een terrasje in de schaduw uit want het is hier ontzettend warm. Het plan is om hierna naar onze Campground door te rijden, maar Juul neemt onverwachts nog een afslag. Hij heeft bedacht dat het toch echt wel super cool is om met een watervliegtuig mee te gaan om zo de gletsjers en eeuwige sneeuwtoppen te zien! We boeken een vlucht aan het einde van de middag en kunnen daardoor eerst nog onze campground verkennen. Nairn Falls Provincial Park is ook weer een plaatje; een campground midden in het bos. Back to basic, geen hook up dus geen stroom en water. We hebben een prachtig plekje met uitzicht op een snel stromende rivier en worden gewaarschuwd voor zwarte beren. Cas drinkt uit een waterpomp en we gooien stenen in de rivier. Maar dan is het tijd voor het watervliegtuig! Wat was dat ongelooflijk gaaf! Zo mooi! De luchtzakken waren wat minder, maar daar leek alleen ik last van te hebben J Saar vond het kennelijk zo relaxed, dat ze na 15 minuutjes heerlijk in slap viel en de vele gletsjers en azuurblauwe meertjes niet allemaal mee gekregen heeft. Cas daarentegen keek zijn ogen uit. Dit was echt een super verrassing! Terug op de campground, eten we een simple maaltijd en wil Cas zich wassen onder de waterpomp en worden er uiteraard nog wat stenen in de rivier gegooid. We mogen geen kampvuurtjes maken op het moment; het is te warm en te droog en er zijn al bosbranden geweest, dus nergens mag het vuur meer aan. Maar we genieten van de waanzinnige natuur om ons heen. Morgenochtend wandelen we, tenzij er uitgeslapen wordt, nog naar de waterval en vervolgen we onze weg weer.